 |
We starten de wandeling door het
Geuldal in Epen.
De regen komt met bakkenuit de hemel dus we
hebben ons in regenkleding gehesen. |
| Het pad is nat en drassig.
Om ons heen golven de heuvels. |
|
 |
De route loopt een groot deel langs
de rivier de Geul.
Deze slingert zich door het landschap. |
| Dat het water veel kracht heeft in
de wintertijd laten de afkalvingen zien.
Deze bomen zullen niet lang meer blijven staan. |
 |
 |
De harde regen is overgegaan in
miezer regen.
|
| We naderen het dorp Mechelen.
Het mooie aan deze wandeling is dat je bijna de
hele route loopt door weilanden en stukje bos. |
 |
 |
Na Mechelen komen we nog langs het
dorpje Partij.
|
| In Limburg staan veel kerken, zelfs
de kleinse dorpen hebben wel een kerk of kapel. |
|
 |
Ondanks het vochtige weer zien we
niet veel paddenstoelen.
Soms komen we wel een mooi exemplaar tegen. |
| Zo nu en dan moeten we een stukje
over een geasfalteerde weg.
Jammer dat het regent want anders hadden we
mooie vergezichten gehad. |
 |
|
|
We zijn weer terug op de route langs
de Geul.
Het is weer harder gaan regenen maar nat zijn
we nu toch al. |
| We naderen het bos. Nog een paar
kilometer en dan zit de wandeling er weer op. |
|
 |
De natuur is ondoorgrondelijk. Hoe
deze bomen zich in elkaar hebben gevlochten tot een geheel is echt
opmerkelijk. |
| In het bos is het heuvelachtig en de
paden zijn soms verradelijk glad door de vele regen.
Stokken kunnen dan uitkomst bieden bij het
afdalen. |
|
 |
De lucht wordt iets lichter en de
regen is gestopt. |
| Bij het oversteken van een weiland
vol koeien is het nog moeilijk om geen natte voeten te krijgen.
De grond is verzadigd en de modderpoelen moeten
we voorzichtig doorkruizen. |
|
 |
We komen bij de Heimansgroeve.
In deze steengroeve komt gesteente uit het
Carboon naar boven. |
| We zijn weer bij de bebouwde kom van
Epen.
Het is een mooie wandeling maar jammer van de
regen. |
|
 |
We bezoeken voor we naar de auto
gaan nog een watermolen die langs de route ligt.
|
|
|